13. souligne que, en vertu du droit humanitaire international, les deux parties sont tenues de garantir l'accès et le libre passage des personnes déplacées, des travailleurs humanitaires et des approvisionnements; fait remarquer, dans ce contexte, les besoins particuliers de la catégorie, très nombreuse et potentiellement vulnérable, constituée par les travailleurs migrants venus de pays en développement et les membres de leurs familles;
13. wijst op de verplichting van beide zijden, op grond van het internationaal humanitair recht, om toegang en veilige doortocht te verlenen aan ontheemden en humanitaire werkers en hulpgoederen ongehinderd te laten passeren; vestigt in deze context de aandacht op de bijzondere behoeften van de nog steeds zeer grote en potentieel kwetsbare groep van migrerende werknemers uit ontwikkelingslanden en hun families;