Indépendamment du problème général des normes évoqué par l'orateur, l'intervenant demande si celui-ci perçoit des différences fondamentales, particulièrement en matière de structuration de la personnalité, d'identification et d'habilité au bonheur, selon que l'enfant est confronté ou non à une situation d'adoption.
Los van het algemene probleem van de normen waar spreker het over had, vraagt hij of spreker fundamentele verschillen ziet, in het bijzonder op het gebied van persoonlijkheidsvorming, identificatie en geluksgevoel, tussen geadopteerde kinderen en andere kinderen.