En vertu de l'article 36, § 1, de la loi spéciale du 12 janvier 1989 relative aux institutions bruxelloises, modifié par l'article 35 de la loi spéciale du 13 juillet 2001 portant transfert de diverses compétences aux régions et communautés, les motions de méfiance constructives contre des membres individuels du Gouvernement, le président excepté, exigent qu'une majorité soit réunie au sein du
groupe linguistique auquel ils appartiennent, mais qu'une ma
jorité au sein de l'Assemblée de la Commission communautaire flamande est nécessair
...[+++]e si les intéressés ont été présentés par cette Assemblée selon la règle décrite plus haut.
Constructieve moties van wantrouwen tegen individuele regeringsleden, met uitzondering van de voorzitter, vereisen krachtens artikel 36, § 1, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, zoals gewijzigd door artikel 35 van de bijzondere wet van 13 juli 2001 houdende overdracht van diverse bevoegdheden aan de gewesten en de gemeenschappen, een meerderheid binnen de taalgroep waartoe ze behoren, maar indien de betrokkenen volgens de eerder beschreven regeling werden voorgedragen door de Vergadering van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, is een meerderheid binnen die Vergadering vereist.