78. s'inquiète de la logique d'externalisation qui sous-tend de nombreus
es propositions à l'étude actuellement, et que l'on retrouve dans les notions de "centres de protection régionale", d'asile "interne" ou encore de pays tiers sûrs; exige la suppression de la notion de pays sûrs "voisins"; s’oppose à l’éventualité de renvoi vers des pays tiers avec lesquels les demandeurs d’asile n’ont pas de liens significatifs; demande que la notion de pays sûr tienne compte des standards internationaux et marque son opposition
à tout système qui viserait à permett ...[+++]re aux États membres de se décharger de leurs responsabilités en matière d'asile sur des pays tiers, et qui pourraient impliquer un risque de refoulement direct ou indirect, et alimenter le phénomène de "réfugiés sur orbite"; estime, à cette fin, que la mise en œuvre du concept de pays sûr doit impérativement être assortie de garanties procédurales telles que l’examen individuel et le droit à un recours suspensif; 78. maakt zich ongerust over de afwentelingsmethode die aan tallo
ze op dit moment in studie zijnde voorstellen ten grondslag ligt, en die terug te vinden is in begrippen als "regionale beschermingscentra", "interne" asielverlening of ook veilige derde landen, dringt aan op de schrapping van het begrip veilige "buurlanden", tekent protest aan tegen de eventuele uitzetting van asielzoekers naar derde landen waarmee zij geen significante binding hebben, wenst dat in het begrip "veilig land" rekening wordt gehouden met de internationale normen en kondigt aan zich te zullen verzetten tegen elk systeem waarmee het mogelijk moet worden dat lids
...[+++]taten hun verantwoordelijkheden op het gebied van asiel op derde landen afschuiven, en dat het gevaar van directe of indirecte uitwijzing met zich zou kunnen brengen en het verschijnsel van "vluchtelingen die van her naar der worden gestuurd" zou kunnen vergroten; is dan ook van oordeel dat de tenuitvoerlegging van het begrip "veilig land" per se vergezeld dient te gaan van procedurele waarborgen zoals individuele behandeling en de mogelijkheid van beroep met schorsende werking;