Art. 12. Par dérogation à l'article 4, la personne handicapée qui, après l'expiration du délai de renouvellement de la chaise roulante manuelle ou du châssis d'un siège-coquille, pour laquelle/lequel l'agence a octroyé une intervention en application de l'article 10, introduit une demande de renouvellement, ne doit pas d'abord introduire une demande d'intervention de l'assurance obligatoire contre la maladie et l'invalidité auprès de l'agence.
Art. 12. In afwijking van artikel 4 moet de persoon met een handicap die na het verstrijken van de hernieuwingstermijn van de manuele rolstoel of het onderstel voor een zitschelp waarvoor het agentschap een tegemoetkoming heeft verleend met toepassing van artikel 10 een aanvraag voor de hernieuwing ervan indient bij het agentschap niet eerst een aanvraag voor een tegemoetkoming van de verplichte verzekering tegen ziekte en invaliditeit indienen.