Les enquêtes effectuées alors avaient montré qu'une entreprise française avait acheté de la viande chevaline à un abattoir roumain par l'intermédiaire de deux traders (un Néerlandais et un Chypriote) pour la revendre ensuite comme viande bovine à un fabriquant de lasagnes établi au Luxembourg.
Onderzoek wees toen uit dat een Frans bedrijf paardenvlees had aangekocht bij een Roemeens slachthuis via tussenkomst van twee traders (een Nederlander en een Cyprioot). Het Frans bedrijf had dat vlees toen verder verkocht als rundvlees aan een Franse fabrikant van lasagne, gelegen in Luxemburg.