5. demande, simultanément, plus de cohérence et de logique entre les droits de l'homme, d'une part, et le commerce et la sécurité, d'autre part; engage donc instamment l'UE à veiller à ce que l'amélioration de ses relations commerciales avec la Chine soit subordonnée à des réformes en matière de droits de l'homme, et, à cet égard, invite le Conseil à réaliser une évaluation approfondie de la situation des droits de l'homme avant de finaliser tout nouvel accord-cadre de partenariat et de coopération;
5. dringt tegelijkertijd aan op meer coherentie en consistentie tussen mensenrechten, handel en veiligheid; dringt er bijgevolg bij de EU op aan ervoor te zorgen dat een verbetering van haar handelsbetrekkingen met China afhankelijk worden gesteld van hervormingen op het gebied van de mensenrechten en verzoekt de Raad in dit verband een algemene evaluatie van de mensenrechtensituatie te maken vooraleer een nieuwe kaderovereenkomst voor partnerschap en samenwerking (PCFA) wordt afgesloten;