La compétence du Comité fut ensuite étendue à tous les départements ministériels ainsi qu'aux organismes subsidiés ou patronnés par l'État (arrêté royal du 28 décembre 1921 portant révision de l'arrêté royal organique, Moniteur belge du 11 janvier 1922).
De bevoegdheid van het Hoog Comité van toezicht werd vervolgens uitgebreid tot alle ministeriële departementen en tot de door de Staat gesubsidieerde of beheerde instellingen (koninklijk besluit van 28 december 1921 tot herziening van het koninklijk besluit betreffende de organisatie van het Hoog Comité van toezicht, Belgisch Staatsblad van 11 januari 1922).