Dans tous les cas où le mineur (..) a commis un fait qualifié infraction et quelle que soit la mesure prise à son égard, si le fait a été facilité par un défaut de surveillance, la personne qui a la garde du mineur peut être condamné à un emprisonnement d'un à sept jours et à une amende d'un à vingt-cinq francs ou à une de ces peines seulement, sans préjudice des dispositions du Code pénal et des lois spéciales concernant la participation.
In alle gevallen waarin een minderjarige (..) een als misdrijf omschreven feit heeft gepleegd en welke maatregel ook tegen hem is genomen, kan, indien het feit vergemakkelijkt werd door gemis aan toezicht, degene die de minderjarige onder zijn bewaring heeft, veroordeeld worden tot gevangenisstraf van één dag tot zeven dagen en tot geldboete van een tot vijfentwintig frank, of tot een van die straffen alleen, onverminderd de bepalingen van het Strafwetboek en van de bijzondere wetten betreffende de deelneming.