Le Royaume de Belgique déclare, conformément à l'article 31 de la Convention, qu'il reconnait la compétence du Comité des disparitions forcées pour recevoir et examiner des communications présentées par des personnes ou pour le compte de personnes relevant de sa juridiction qui se plaignent d'être victimes d'une violation, par le Royaume de Belgique, des dispositions de la Convention.
Het Koninkrijk België verklaart, overeenkomstig artikel 31 van het Verdrag, dat het de bevoegdheid van het Comité voor gedwongen verdwijningen erkent om mededelingen in ontvangst te nemen en te bestuderen van of namens natuurlijke personen die onder zijn rechtsmacht vallen en stellen het slachtoffer te zijn van een schending van de bepalingen van dit Verdrag door het Koninkrijk België.