Il est reproché aux textes, dans les première et deuxième branche du moyen, de ne rien prévoir sur la manière de convoquer le prévenu aux fins de comparution immédiate devant le tribunal correctionnel, ainsi que sur les délais de cette comparution, lorsque le prévenu a bénéficié d'une ordonnance de libération sous conditions par le juge d'instruction.
In het eerste en het tweede onderdeel van het middel wordt aan de teksten verweten dat in niets is voorzien in verband met de manier waarop de beklaagde wordt opgeroepen voor onmiddellijke verschijning voor de correctionele rechtbank, en de termijnen van die verschijning, wanneer de beklaagde een beschikking van voorwaardelijke invrijheidstelling vanwege de onderzoeksrechter heeft genoten.