71. considère que la légitimité de la politique de sanctions, qui constitue un élément phare et sensible de la PESC, doit être renforcée par l’implication du Parlement européen à tous les stades de la procédure, et ce conformément à l'article 21 du traité UE, en particulier lors de l'élaboration et de la mise en œuvre des sanctions,
sous la forme d'une concertation systématique avec la Commission et le Conseil et à travers des rapports communiqués par ces
deux institutions; estime également que le Parlement devrait participer à la su
...[+++]pervision du respect des critères de référence par les destinataires des sanctions; charge sa sous-commission "droits de l’homme" de systématiser et de superviser les travaux dans ce domaine pour toute sanction dont les objectifs et les critères de référence concernent les droits de l'homme; 71. is van mening dat de legitimiteit van het sanctiebeleid, een belangrijk en gevoelig onderdeel van het GBVB, moet worden versterkt door het Europees Parlement bij alle stadia van de procedure te betrekken (zoals vastgelegd in artikel 21 VEU
), met name bij het opstellen en ten uitvoer leggen van sanct
ies, in de vorm van systematisch overleg met en verslaglegging van de Commissie en de Raad; is voorts van mening dat het Parlement betrokken moet worden bij het toezicht op het bereiken van ijkpunten door degenen aan wie sancties zijn
...[+++]opgelegd; belast zijn Subcommissie mensenrechten met het systematiseren van en het toezicht op de overeenkomstige werkzaamheden voor alle sancties waarvan de doelstellingen en referentiecriteria betrekking hebben op mensenrechten;