La liste des données non identifiantes est remise par l'établissement où l'« accouchement discret » a eu lieu à l'autorité centrale fédérale, qui doit « conserver et [.] gérer les informations transmises [.] sur l'origine de l'enfant qui sont en sa possession », une distinction étant opérée entre les données non identifiantes et les données identifiantes, qui figurent sur deux listes différentes (article 62quater, §§ 1 et 2, proposé du Code civil; article 5 de la proposition).
De instelling waar de « discrete bevalling » heeft plaatsgevonden bezorgt de lijst van de niet-identificerende gegevens aan de federale centrale autoriteit die moet zorgen voor « de bewaring en het beheer van de [.] gegevens in verband met de herkomst van het kind waarover zij beschikt », waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen de niet-identificerende gegevens en de identificerende gegevens, die op twee verschillende lijsten worden vermeld (voorgesteld artikel 62quater, §§ 1 en 2, van het Burgerlijk Wetboek; artikel 5 van het voorstel).