Ainsi, la personne assujettie à l'article 11, § 5, de l'arrêté royal n° 38 qui a la charge principale d'au moins un enfant et qui peut par conséquent cumuler un revenu annuel maximal plus élevé avec sa prestation, est redevable d'une cotisation plus élevée que la personne qui n'a pas d'enfant à charge, même si, dans la pratique, le revenu réel de la première personne n'est pas supérieur au revenu annuel maximal que la seconde personne peut cumuler avec sa prestation.
Hierdoor is de aan artikel 11, § 5, van het koninklijk besluit nr. 38 onderworpen persoon die de hoofdzakelijke last heeft van ten minste één kind en die bijgevolg een hoger maximaal jaarlijks inkomen mag cumuleren met zijn uitkering, een hogere bijdrage verschuldigd dan de persoon die geen kind ten laste heeft, ook al zou in de praktijk het reële inkomen van de eerste niet hoger zijn dan het maximale jaarlijkse inkomen dat de tweede mag cumuleren met zijn uitkering.