La Cour est interrogée sur la compatibilité, avec les articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec l'article 6.1 de la Convention européenne des droits de l'homme, de l'article 1053, alinéa 2, du Code judiciaire en ce que cette disposition traite différemment les parties à l'appel, selon que ce dernier concerne un litige divisible ou indivisible et en ce qu'elle porterait une atteinte disproportionnée au droit d'accès au juge garanti par l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme.
Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.1 va
n het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, van artikel 1053, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek in zoverre die bepaling de partijen bij het hoger beroep verschillend behandelt naargelang dat hoger beroep betrekking heeft op een splitsbaar of onsplitsbaar geschil en in zoverre zij op onevenredige wijze afbreuk zou doen aan het bij artikel 6 va
n het Europees Verdrag voor de rechten van de mens ...[+++] gewaarborgde recht op toegang tot de rechter.