— les auteurs souhaitent élargir le point III de l'article 2 de l'arrête royal précité de manière à octroyer un jour de congé de circonstance lors de l'entrée dans une communauté religieuse d'un enfant du travailleur ou de son conjoint, d'un frère, d'une sœur, d'un beau-frère, d'une belle sœur du travailleur, quel que soit le culte, pour peu qu'il soit reconnu en Belgique.
— willen indiensters punt III van artikel 2 van het bedoelde koninklijk besluit uitbreiden zodat er een dag omstandigheidsverlof wordt toegekend bij de intrede in een religieuze gemeenschap van een kind van de werknemer of van zijn echtgeno(o)t(e), van een broer, zuster, schoonbroer of schoonzuster van de werknemer, wat ook de eredienst moge zijn, zolang deze in België erkend is.