2° Le demandeur doit être examiné au moyen d'un audiomètre à sons purs lors de l'examen initial et lors des examens ultérieurs de revalidation ou de renouvellement effectués tous les cinq ans jusqu'à 40 ans inclus et ensuite tous les deux ans (voir chapitre V, article 134).
2° De aanvrager moet onderzocht worden bij middel van een zuiver tonale audiometer bij het initieel onderzoek, en nadien - om de vijf jaar tot de leeftijd van 40 jaar en later om de twee jaar - bij de onderzoeken voor wedergeldigmaking of hernieuwing, (zie hoofdstuk V, artikel 134).