« Si l'un des éléments suivants se produit entre le début de l'année civile qui précède l'année scolaire ou académique envisagée et le 1 mars de cette année scolaire ou académique, par dérogation aux dispositions de l'article 8 et pour autant que ces situations concernent un membre de la composition de ménage du candidat telle que visée à l'article 1, § 1, alinéa 2, dont les revenus sont pris en compte, il peut être tenu compte, dans l'intérêt du candidat et en vue de lui accorder une allocation forfaitaire visée à l'article 11, des éléments suivants :
"Indien één van de volgende element zich voordoet tussen het begin van het burgerlijk jaar dat voorafgaat aan het in aanmerking genomen schooljaar of academiejaar en de eerste maart van dat schooljaar of academiejaar, in afwijking van de bepalingen van artikel 8 van dit besluit en voor zover deze toestanden betrekking hebben op een lid van de samenstelling van het gezin zoals bedoeld bij artikel 1, § 1, tweede lid, kan, in het belang van de kandidaat en met het oog op de toekenning van een forfaitaire toelage bedoeld bij artikel 11, rekening worden gehouden met de volgende elementen: