C
e que les dirigeants européens des années 1940 et 1950 ont construit fut une lumière et un aimant: une lumière, au cours des sombres anné
es, pour ceux qui n’avaient aucune perspective d’atteindre la paix, la prospérité et la stabilité dont les autres
Européens jouissaient et une force d’attraction extraordinairement puissante pour les personnes et les pays qui regagnaient leur liberté et voyaient en la Communauté européenne - comme on l’appelait alors - une sorte de catalyseur pour la transformation de leurs pays
...[+++].
Wat de Europese leiders van de jaren ’40 en ’50 creëerden, was tegelijk een bron van licht en een magneet. Het licht scheen in die donkere jaren op hen die niet het vooruitzicht op vrede, voorspoed en stabiliteit kenden dat andere Europeanen wel hadden. En de magneet had een uitzonderlijk grote aantrekkingskracht voor die volkeren en landen die hun vrijheid veroverden. Zij zagen de Europese Gemeenschap, zoals die toen heette, als een katalysator voor de gedaanteverwisseling van eigen hun landen.