Le ministre renvoie à la liste mise à disposition, laquelle contient un aperçu, par rang de magistrat, pour le siège et pour le parquet, des personnes compétentes pour exercer le recours, examiner les faits, pour une peine tant mineure que majeure, infliger une peine, pour un appel, et, enfin, indiquer s'il y a possibilité de recours au Conseil d'État (voir l'annexe).
De minister verwijst naar de beschikbare lijst met een overzicht, per graad van magistraat, voor de zetel en het parket, van wie de vordering instelt, wie de feiten onderzoekt, zowel voor een lichte als voor en zware straf, wie de straf oplegt en wie bevoegd is voor het beroep, en uiteindelijk of beroep bij de Raad van State mogelijk is (zie bijlage).