Le deuxième défaut, c'est que le droit disciplinaire est encore trop souvent conçu et pratiqué comme un droit mou, comme du soft law, selon l'expression des juristes anglo-saxons, comme un mélange de droit, de morale, d'éthique, de déontologie professionnelle, .Dans ces conditions, le chef de corps disposerait, dit-on, d'une sorte d'autorité morale, quasi paternelle sinon patriarcale, pour ramener les brebis égarées à la raison.
Een tweede tekortkoming is dat het tuchtrecht in de praktijk nog te vaak als een zwak recht, een soft law wordt aangevoeld en toegepast, als een mengeling van recht, moraal, ethiek, beroepsdeontologie. In deze omstandigheden beschikt de korpsoverste over een soort morele, bijna vaderlijke, of zelfs patriarchale autoriteit om de verdwaalde schapen weer op het rechte pad te brengen.