Considérant que compte tenu des délais de mise en oeuvre du futur plan comptable, la Commission doit continuer à fonctionner, plus spécialement pour contribuer à la préparation du bilan d'ouverture du futur plan comptable; qu'il s'indique dès lors de prolonger les mandats des membres de la Commission en fonction au 30 juin 2000, par dérogation à l'article 2, § 3, de l'arrêté royal précité du 29 avril 1964, jusqu'au 30 juin 2002;
Overwegende dat, rekening houdend met de uitvoeringstermijnen van het toekomstige rekeningstelsel, de Commissie ondertussen moet blijven functioneren en zeker moet bijdragen tot de voorbereiding van de beginbalans van het toekomstige rekeningenstelsel; dat, in afwijking van artikel 2, § 3, van het voornoemd besluit van 29 april 1964, het derhalve aangewezen is de mandaten van de Commissieleden die op 30 juni 2000 deze functie vervullen, te verlengen tot 30 juni 2002;