14. insiste sur la nécessité d'adopter sans tarder une loi sur les fondations pour répondre à l'insécurité jur
idique actuelle à laquelle sont confrontées les minorités religieuses et pour fixer clairement un cadre juridique qui les
habilite à exercer librement leur foi en les autorisant, entre autres, à détenir un bien immobilier et à former leur clergé; partage l'inquiétude qu'a inspiré au Conseil, le 24 juillet 2007, le récent arrêt rendu par la Cour de cassation de Turquie sur le Patriarcat œcuménique; invite instamment le nouvea
...[+++]u gouvernement turc à mettre son approche des minorités religieuses en adéquation avec les principes de la liberté religieuse tels que définis par la Convention européenne de sauvegarde des droits de l'homme et des libertés fondamentales et la jurisprudence de la Cour européenne des droits de l'homme; demande à la Commission d'aborder ces problèmes avec le nouveau gouvernement turc; appelle la Commission à déterminer de quelle manière l'instrument de pré-adhésion peut être employé pour protéger le patrimoine chrétien; 14. wijst met nadruk op de noodzaak onverwijld een wet betreffende stichtingen aan te nemen die een oplossing biedt voor de bestaande rechtsonzekerheid van godsdienstige minderheden, en een duidelijk wettelijk kader vaststelt op grond waarvan zij hun godsdienst vrij kunnen uitoefenen door hen onder andere toe te staan onroerend goed in bezit te hebben en geestelijken op te leiden; deelt de bezorgdheid zoals die op 24 juli door de Raad tot uitdrukking is gebracht met betrekking tot de recente uitspraak van het Turkse Hof van Cassatie betreffende het Oecumenisch Patriarchaat; dringt er bij de nieuwe Turkse regering op aan haar beleid met betrekking tot godsdienstige minderheden in overeenstemming te brengen met de beginselen van vrijheid va
...[+++]n godsdienst als gedefinieerd door het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en de jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens; verzoekt de Commissie deze vraagstukken in haar contacten met de nieuwe regering aan de orde te stellen; verzoekt de Commissie tevens aan te geven op welke manier het pretoetredingsinstrument kan worden gebruikt voor de bescherming van het christelijke erfgoed;