Dans son mémoire en intervention, E. Verbeeck expose qu'il a été nommé notaire en 1966, à l'âge de 36 ans; il fait l'historique de l'étude, expose en quoi consiste la fonction de notaire et indique qu'il souhaite exercer son métier aussi longtemps qu'il lui sera possible de le faire convenablement et comme l'ont fait d'autres membres de sa famille.
In zijn memorie tot tussenkomst, zet E. Verbeeck uiteen dat hij in 1966 op de leeftijd van 36 jaar tot notaris is benoemd; hij geeft een historisch overzicht van zijn kantoor, zet uiteen waarin het ambt van notaris bestaat en wijst erop dat hij zijn beroep zolang wenst uit te oefenen als hij dat op behoorlijke wijze kan doen en zoals andere leden van zijn familie hebben gedaan.