Chaque année entre le 1 et le 15 décembre, les organismes doivent communiquer au ministre des Finances leurs prévisions sur la situation de leurs emprunts, placements et investissements visés à l’alinéa 1, au 31 décembre de l’année calendrier concernée.
Jaarlijks, tussen 1 en 15 december, dienen de organismen aan de minister van Financiën hun vooruitzichten te bezorgen over de toestand van hun in het eerste lid bedoelde leningen, plaatsingen en beleggingen op 31 december van het betrokken kalenderjaar.