Il est précisé, à titre de rappel, que lorsqu'il entend intervenir, le membre du Sénat doit vérifier si son éventuelle intervention est conforme aux principes constitutionnels de séparation des pouvoirs, d'indépendance de la justice et de l'administration ainsi que d'égalité de traitement des citoyens, et donc en particulier se conformer aux interdictions rappelées à l'article 12.
Ter herinnering wordt aangegeven dat bij een overweging om tussen te komen, het lid van de Senaat dient na te gaan of zijn eventuele tussenkomst strookt met de grondwettige beginselen van de scheiding der machten en de onafhankelijkheid van zowel het gerecht als de bestuurlijke overheid alsook met de grondwettige beginselen van een gelijke behandeling van alle burgers, en zich dient te houden aan de verbodsbepalingen waaraan wordt herinnerd in artikel 12.