La Cour européenne des droits de l'homm
e insiste encore sur le fait que « l'équité d'une procédure pénale requiert d'une manière générale, aux fins de l'article 6 de la Convention, que le suspect jouisse de la possibilité de se faire assister par un avocat dès le moment de son placement en garde à vue ou en détention provisoire » et qu'un « accusé doit, dès qu'il est privé de sa liberté, pouvoir bénéficier de l'assistance d'un avocat et cela indépendamment des in
terrogatoires qu'il subit » (CEDH, ...[+++]13 octobre 2009, Dayanan c. Turquie, §§ 31-32).
Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens legt voorts de nadruk op het feit dat « het eerlijke karakter van een strafrechtspleging op algemene wijze, op grond van artikel 6 van het Verdrag, vereist dat de verdachte zich kan laten bijstaan door een advocaat vanaf het ogenblik van zijn inverzekeringstelling of voorlopige hechtenis » en dat een « persoon die wegens een strafbaar feit wordt vervolgd, zodra zijn vrijheid wordt benomen, de bijstand van een advocaat moet kunnen genieten, los van de ondervragingen die hij ondergaat » (EHRM, 13 oktober 2009, Dayanan t. Turkije, §§ 31-32).