2. propose qu'en l'absence d'une École diplomatique communautaire, les fonctionnaires communautaires et les diplomates des États membres qui le souhaitent puissent suivre leur formation à travers des programmes et des séminaires approfondis, chaque fois que possible en collaboration avec les institutions universitaires européennes de renom, en particulier avec celles qui sont financées par la Communauté, et avec les écoles diplomatiques des États membres;
2. stelt voor om zolang er nog geen communautaire diplomatenschool bestaat, de communautaire ambtenaren en de diplomaten van de lidstaten desgewenst de mogelijkheid te bieden om hun opleiding te verdiepen in het kader van gefundeerde seminarprogramma's, wanneer enigszins mogelijk in samenwerking met gereputeerde Europese universitaire instellingen, met name die welke door de Gemeenschap worden gefinancierd, en de diplomatenscholen van de lidstaten;