3. Lorsqu'une demande d'enregistrement d'une marque communautaire a été déposée au cours des si
x mois précédant la date d'adhésion, une opposition peut être formée en vertu de l'article 41 si une marque antérieure ou un autre droit antérieur au sens de l'article 8 a été acquis dans un nouvel État membre avant l'adhésion, à condition qu'elle ou il ait été acquis(e) de bonne foi et que la date de dépôt ou, le cas échéant, la date de priorité ou la date d'acquisition dans le nouvel État membre de la marque antérieure ou de l'autre droit antérieur précède la date de dépôt ou, le cas échéant, la date de priorité de la marque communautaire fai
...[+++]sant l'objet de la demande.3. Tegen de inschrijving van een Gemeenschapsmerk die is aangevraagd tijdens de periode van zes
maanden die aan de datum van toetreding voorafgaat, kan krachtens artikel 41 oppositie worden ingesteld indien in een nieuwe lidstaat vóór de toetreding een ouder merk of een ander ouder recht in de zin van artikel 8 was verworven, op voorwaarde dat het te goeder trouw is verkregen en dat de datum van indiening, of, waar van toepassing, de voorrangsdatum of de datum van verkrijging in de nieuwe lidstaat van het oudere merk of andere oudere recht voorafgaat aan de datum van indiening of, waar van toepassing, de voorrangsdatum van het aangevraag
...[+++]de Gemeenschapsmerk.