Aussi les auteurs proposent-ils que pour un enfant bénéficiaire atteint d'une incapacité physique ou mentale de 66 % au moins visée à l'article 2 de l'arrêté royal du 3 mai 1991, les dispositions visées au paragraphe 3 de l'article 12 de l'arrêté royal du 3 mai 1991, qui accordent à l'enfant le droit au supplément d'allocations familiales fixé à l'article 47 des lois coordonnées, soient complétées par un point c, rédigé comme suit:
De indieners stellen voor om voor een rechtgevend kind, dat getroffen is door een in artikel 2 van het koninklijk besluit van 3 mei 1991 bedoelde lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens 66 %, de bepalingen in paragraaf 3 van artikel 12 van het koninklijk besluit van 3 mei 1991, die het kind recht geven op de verhoogde bijslag van artikel 47 van de samengeordende wetten, als volgt aan te vullen met een punt c :