Le producteur qui a
implanté la culture doit pouvoir prouver l'identité des plants (matériel de base), soit via une sélection généalogique
effectuée en Région flamande et déclarée au préalable à l'entité compétente, soit par une déclaration du responsable d'un autre région ou d'un pays étranger indiquant la quantité de matériels envoyés et destinés à produire en Région flamande des plants prébase et couverte par une attestation officielle du Service de contrôle de cette région ou de ce pays Ces ren
seignements doivent ...[+++]figurer sur le document qui accompagne le matériel introduit.De producent die de te
elt heeft aangelegd moet de identiteit van het gebruikte pootgoed (uitgangsmateriaal) kunnen bewijzen, hetzij via een genealogische select
ie, verricht in het Vlaamse Gewest en voorafgaandelijk aan de bevoegde entiteit gemeld, hetzij door een verklaring van de verantwoordelijke van een ander gewest of van de buitenlandse verantwoordelijke waarin mededeling wordt gedaan van de hoeveelheid opgezonden materiaal, bestemd om in het Vlaamse Gewest prebasispootgoed te produceren, en gedekt door een officiële verklaring v
...[+++]an de keuringsdienst van het gewest of land in kwestie. Die inlichtingen moeten opgenomen zijn op het document dat bij het ingevoerde materiaal is gevoegd.