K. soulignant que, plus de deux ans après les attentats sanglants de Moscou attribués aux Tchétchènes par les autorités russes et invoqués par celles-ci pour justifier l'intervention en Tchétchénie, il n'a pas été possible, jusqu'à aujourd'hui, de trouver la moindre preuve établissant l'implication de Tchétchènes, tandis que, dès le début, des indices ont permis de déduire l'implication des services secrets russes et de milieux proches du pouvoir,
K. onderstrepende dat het twee jaar na de bloedige aanslagen in Moskou, die door de Russische autoriteiten aan de Tsjetsjenen werden toegeschreven en door hen werden aangegrepen om de interventie in Tsjetsjenië te rechtvaardigen, nog steeds niet gelukt is een bewijs te vinden van de betrokkenheid van de Tsjetsjenen terwijl van den beginne aanwijzingen aan het licht zijn gekomen waaruit blijkt dat de Russische geheime dienst en kringen rond de machthebbers hierbij betrokken waren,