4º ceux qui, sans préjudice de l'application des dispositions figurant aux 1º à 3º, ont été condamnés, même avec sursis, pour une des infractions définies aux articles 240, 241 et 245 à 248 du Code pénal, commises dans l'exercice d'une fonction communale; cette inéligibilité prend fin douze ans après la condamnation.
4º zij die, onverminderd de toepassing van de bepalingen vermeld in 1º tot 3º, veroordeeld zijn, zelfs met uitstel, wegens één van de in de artikelen 240, 241 en 245 tot 248 van het Strafwetboek omschreven misdrijven, gepleegd bij de uitoefening van een gemeenteambt; deze onverkiesbaarheid eindigt twaalf jaar na de veroordeling.