Les délégations concernées sont celles de la Jamaïque (Jamaïque et Belize), de la Barbade (Dominique, Sainte-Lucie, Saint-Vincent-et-les-Grenadines et Grenade), de la Côte d'Ivoire, du Cameroun, du Kenya (Somalie) et de Madagascar, ainsi que les bureaux au Suriname et au Cap-Vert.
De betrokken delegaties zijn die van Jamaica (Jamaica en Belize), Barbados (Dominica, Saint Lucia, Saint Vincent en de Grenadines en Grenada), Ivoorkust, Kameroen, Kenia (Somalië) en Madagaskar, alsmede de kantoren in Suriname en Kaapverdië.