Puisque le juge doit examiner si une exigence professionnelle repose sur un but légitime et est proportionnée par rapport au but poursuivi, ce contrôle ne s'écarte pas du motif général de justification mentionné en B.45.1, en vertu duquel une distinction directe est discriminatoire sauf si elle est justifiée par un but légitime et si les moyens de réaliser ce but sont appropriés et nécessaires.
In zoverre de rechter dient na te gaan of een beroepsvereiste op een legitieme doelstelling berust en evenredig is ten aanzien van de nagestreefde doelstelling, verschilt die toetsing niet van de algemene rechtvaardigingsgrond, vermeld in B.45.1, volgens welke een direct onderscheid een discriminatie vormt tenzij het wordt gerechtvaardigd door een legitiem doel en de middelen passend en noodzakelijk zijn voor dat doel.