Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «juridiction a quo fait valoir » (Français → Néerlandais) :

Cependant, la procédure dans l'affaire soumise à la juridiction a quo fait apparaître que, lorsque la Cour de cassation a requis des devoirs complémentaires et a, à cette fin, renvoyé l'affaire au premier président d'une cour d'appel autre que celle du ressort du magistrat concerné afin qu'il désigne un magistrat instructeur, le procureur général près cette cour d'appel est réputé compétent pour décider, au terme de l'instruction requise, si l'affaire doit ou non être renvoyée à la juridiction de jugement, sans qu'une nouvelle décision de la Cour de cassation soit requise en la matière.

Uit de rechtspleging in de zaak voor het verwijzende rechtscollege blijkt evenwel dat, wanneer het Hof van Cassatie bijkomend onderzoek heeft gevorderd en de zaak te dien einde heeft verwezen naar de eerste voorzitter van een ander hof van beroep dan dat van het rechtsgebied van de betrokken magistraat opdat die een onderzoeksmagistraat aanwijst, de procureur-generaal bij dat hof van beroep bevoegd wordt geacht om bij het afsluiten van het gevorderde onderzoek te beslissen of de zaak al dan niet naar het vonnisgerecht moet worden verwezen, zonder dat ter zake een nieuwe beslissing van het Hof van Cassatie vereist is.


L'appelante devant le juge a quo fait valoir qu'il n'appartient pas à la Cour de se prononcer sur des questions « théoriques, hypothétiques, inexistantes et/ou virtuelles » : dès lors que la décision attaquée et les pièces relatives à la contestation auraient bel et bien été déposées au greffe de la cour d'appel par la députation permanente, la question préjudicielle devrait être déclarée irrecevable.

De appellante voor de verwijzende rechter voert aan dat het niet aan het Hof staat zich uit te spreken over « theoretische, hypothetische, onbestaande en/of virtuele » vragen : aangezien de bestreden beslissing en de stukken met betrekking tot de betwisting wel degelijk ter griffie van het hof van beroep zouden zijn neergelegd door de bestendige deputatie, zou de prejudiciële vraag onontvankelijk moeten worden verklaard.


La partie requérante dans l'affaire n° 6493 fait valoir que l'article 128, attaqué, de la loi du 5 février 2016 viole les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il établit une différence de traitement entre, d'une part, les personnes en détention préventive lors d'une première et d'une deuxième comparution devant la juridiction d'instruction, pour lesquelles la détention est réexaminée mensuellement, et, d'autre part, les personnes en détention préventive lors d'une troisième comparution ou d'une comparutio ...[+++]

De verzoekende partij in de zaak nr. 6493 voert aan dat het bestreden artikel 128 van de wet van 5 februari 2016 afbreuk doet aan de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het een verschil in behandeling instelt tussen, enerzijds, de personen in voorlopige hechtenis bij een eerste en een tweede verschijning voor het onderzoeksgerecht, voor wie de hechtenis maandelijks wordt herzien en, anderzijds, de personen in voorlopige hechtenis bij een derde of een latere verschijning voor hetzelfde gerecht, voor wie de hechtenis tweemaan ...[+++]


Le Parlement européen met en avant, comme l’un des principaux garde-fous contre la saisine abusive des juridictions, le principe, habituellement admis dans les litiges civils, selon lequel la partie succombante est condamnée aux dépens, et fait valoir son application dans les procédures de recours collectif également.

Als een van de centrale waarborgen tegen misbruik van procesrecht haalt het Europees Parlement het beginsel aan dat de verliezer betaalt, dat doorgaans in civiele geschillen geldt en ook in zaken van collectief verhaal zou moeten worden toegepast.


La juridiction a quo demande à la Cour si l'alinéa 2 de la disposition précitée est compatible avec les articles 10 et 11 de la Constitution, dans la mesure où il instaure, en ce qui concerne l'extinction de l'action publique, une différence de traitement entre plusieurs catégories de personnes morales qui ont perdu leur personnalité juridique d'une des manières mentionnées à l'alinéa 1 de cette même disposition : d'une part, les personnes qui ont été inculpées par un juge d'instruction avant de perdre leur personnalité juridique et, d'autre part, celles qui, avant de perdre leur personnalité juridique, (1) ont fait ...[+++]

Het verwijzende rechtscollege wenst van het Hof te vernemen of het tweede lid van de voormelde bepaling bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het een verschil in behandeling instelt, wat het verval van de strafvordering betreft, tussen verschillende categorieën van rechtspersonen die hun rechtspersoonlijkheid hebben verloren op één van de wijzen vermeld in het eerste lid van dezelfde bepaling : enerzijds, diegene die vóór het verlies van hun rechtspersoonlijkheid in verdenking zijn gesteld door een onderzoeksrechter en, anderzijds, diegene die vóór het verlies van hun rechtspersoonlijkheid (1) het voorwerp ...[+++]


Ni le fait, souligné par l'appelante devant la juridiction a quo, que la notion de « contrat de travail » ait évolué avec les années et n'ait plus la même portée qu'au moment de l'adoption de la loi ONSS, ni le fait que le législateur ait, entre-temps, pris des mesures pour lutter contre le phénomène des « faux indépendants » ne portent atteinte à ce qui précède.

Hieraan wordt geen gedaan afbreuk gedaan door het gegeven, benadrukt door de appellante voor het verwijzende rechtscollege, dat het begrip arbeidsovereenkomst in de loop der jaren is geëvolueerd en niet meer dezelfde draagwijdte heeft als ten tijde van de totstandkoming van de RSZ-Wet, noch door het gegeven dat de wetgever intussen maatregelen heeft genomen om het fenomeen van de schijnzelfstandigheid te bestrijden.


Le Conseil des ministres fait valoir que la réponse à la question préjudicielle n'est pas utile à la solution du litige devant le juge a quo, dès lors que ce dernier a estimé que la partie demanderesse était occupée en tant qu'ouvrier, de sorte que l'article 82 de la loi relative aux contrats de travail ne lui est pas applicable.

De Ministerraad voert aan dat het antwoord op de prejudiciële vraag niet nuttig is voor de oplossing van het geschil voor de verwijzende rechter, nu deze laatste heeft geoordeeld dat de eisende partij als arbeider was tewerkgesteld, zodat artikel 82 van de Arbeidsovereenkomstenwet niet op hem van toepassing is.


La disposition en cause est interprétée par la juridiction a quo comme exigeant, pour que le contribuable puisse bénéficier d'une imposition distincte des profits de professions libérales payés tardivement par le fait d'une autorité publique, que la tardiveté du paiement ou de l'attribution de rémunération soit imputable à une faute ou à une négligence de l'autorité publique.

De in het geding zijnde bepaling wordt door het verwijzende rechtscollege zo geïnterpreteerd dat zij, opdat de belastingplichtige een afzonderlijke belasting kan genieten van de baten van vrije beroepen die niet tijdig zijn betaald door toedoen van een overheid, vereist dat de niet-tijdige betaling of toekenning van een vergoeding toe te schrijven zou zijn aan een fout of aan een nalatigheid van de overheid.


En effet, la loi du 6 avril 2010 relative aux pratiques du marché et à la protection du consommateur, telle qu'elle était en vigueur à l'époque de la commission des faits donnant lieu au litige pendant devant la juridiction a quo, n'exclut pas les entreprises publiques, telles la SNCB, de son champ d'application.

De wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming, zoals die van kracht was toen de feiten zijn gepleegd die tot het voor het verwijzende rechtscollege hangende geschil aanleiding hebben gegeven, sluit de overheidsbedrijven, zoals de NMBS, niet uit van het toepassingsgebied ervan.


La requérante fait valoir qu’elle s’est vu refuser l’accès à ses épreuves écrites corrigées, alors que dans d’autres affaires la Commission les aurait remises aux candidats, en règle générale, après une plainte portée devant le Médiateur, et cite des arrêts des juridictions de l’Union dans lesquels il serait fait état d’une telle communication.

Verzoekster betoogt dat haar de toegang tot haar gecorrigeerde schriftelijke examens is geweigerd, ofschoon de Commissie deze in andere zaken, in het algemeen nadat een klacht bij de Ombudsman was ingediend, ter beschikking van de kandidaten heeft gesteld, en haalt verschillende arresten van de rechters van de Unie aan waarin sprake is van een dergelijke toezending.




datacenter (12): www.wordscope.be (v4.0.br)

juridiction a quo fait valoir ->

Date index: 2022-04-13
w