Lorsque le droit d'un État membre ne prévoit pas de seuil explicite à partir duquel un préjudice ou un avantage est réputé considérable pour l'application de la peine maximale, l'État membre devrait s'assurer que ses juridictions prennent dûment en compte le montant du préjudice ou de l'avantage afin de déterminer les sanctions applicables aux actes de fraude et aux autres infractions pénales portant atteinte aux intérêts financiers de l'Union.
Indien het recht van een lidstaat niet in een uitdrukkelijke drempel voor aanzienlijke schade of aanzienlijk voordeel als grondslag voor een maximumsanctie voorziet, dient de lidstaat ervoor te zorgen dat het bedrag van de schade of het voordeel door zijn rechtbanken in aanmerking wordt genomen bij het bepalen van sancties voor fraude en andere strafbare feiten waardoor de financiële belangen van de Unie worden geschaad.