S'il doit être formé dans les quinze jours du prononcé du jugement rendu contradictoirement, l'appel est introduit par une simple déclaration faite au greffe du tribunal qui a rendu le jugement (article 203, § 1 , en cause, du Code d'instruction criminelle); lorsque l'appel est dirigé contre la partie civile, celle-ci dispose d'un délai supplémentaire de cinq jours pour interjeter appel contre les prévenus et les personnes civilement r
esponsables qu'elle entend maintenir à la cause (article 203, § 2, du Code d'instruction criminelle); dans tous les cas où l'action civile est portée devant la juridiction d'appel, l'intimé peut, jus
qu'à la cl ...[+++]ôture des débats sur l'appel, faire appel incident par conclusions prises à l'audience (article 203, § 4, du Code d'instruction criminelle); les délais d'appel et l'instance d'appel ont un effet suspensif, sauf décision spécialement motivée, notamment en ce qui concerne le jugement sur l'action civile (article 203, § 3, du Code d'instruction criminelle).Ook al moet het hoger beroep worden ingesteld binnen een termijn van vijftien dagen te rekenen vanaf de uitspraak van het op tegenspraak gewezen vonnis, wordt het ingesteld bij een eenvoudige verklaring op de griffie van de rechtbank die het vonnis heeft gewezen (het in het geding zijnde artikel 203, § 1, van het Wetboek van strafvordering); is het hoger beroep tegen de burgerlijke partij gericht, dan beschikt deze over een bijkomende termijn van vijf dagen om hoger beroep in te stellen tegen de beklaagden en de burgerrechtelijk aansprake
lijke personen die zij in de zaak wil doen blijven (artikel 203, § 2, van het Wetboek van strafvorde
...[+++]ring); in alle gevallen waarin de burgerlijke rechtsvordering wordt gebracht voor de rechter in hoger beroep, kan de gedaagde bij een op de terechtzitting genomen conclusie incidenteel beroep instellen zolang de debatten in hoger beroep niet gesloten zijn (artikel 203, § 4, van het Wetboek van strafvordering); de termijnen van hoger beroep en de rechtspleging in hoger beroep hebben een schorsende werking, behoudens een speciaal gemotiveerde beslissing met betrekking tot, onder meer, een vonnis over de burgerlijke rechtsvordering (artikel 203, § 3, van het Wetboek van strafvordering).