1. relève que,
après six années de croissance économique faible et/ou de stagnation, voire de récession dans nombre d'États
membres, l'économie européenne obtient de meilleurs résultats avec une croissance supérieure à celle des années précédentes, qui s'est établie en 2006 à 2,8% dans l'Union européenne et 2,6% du PIB dans la zone euro, mais qui néanmoins chutent à 2,4% dans l'Union européenne et à 2,1% dans la zone euro en 2007; pose la question de savoir si la croissance européenne correspond à une évolution cyclique et souligne la nécess
ité de ren ...[+++]forcer le potentiel de croissance afin que celui-ci soit capable de générer des emplois;
1. stelt vast dat de Europese economie na zes jaar trage economische groei, stagnatie en zelfs recessie in enkele lidstaten, op het ogenblik betere resultaten oplevert met een hoger groeipercentage dan in voorgaande jaren, d.w.z. een groei in de EU van 2,8 % en in de eurozone van 2,6 % van het BBP in 2006 die in 2007 echter daalt tot 2,4 % in de EU en 2,1 % in de eurozone; stelt de vraag in hoeverre Europese groei wellicht cyclisch is en wijst op de noodzaak het Europese groeipotentieel te verstevigen om werkgelegenheid te kunnen opleveren;