La Cour relève le point suivant: « la circonstance que les dispositions en cause prévoient un statut distinct pour le personnel du cadre opérationnel, d'une part, et du cad
re administratif et logistique, d'autre part, de la police int
égrée, structurée à deux niveaux — ce qui eu égard à la nature différente des missions des catégories de personnel concernées, n'est pas en soi dénué de justification raisonnable — ne permet pas de déduire que le législateur aurait dispensé le Roi de respecter le principe d'égalité et de non-discriminatio
...[+++]n lors de la fixation des modalités du statut des deux cadres.Het Grondwettelijk Hof merkt daarbij het volgende op : « Uit de omstandigheid dat de in het geding zijnde bepalingen voorzien in een onderscheiden statuut voor het personeel van, enerzijds, het operationeel kader en, anderzijds, he
t administratief en logistiek kader van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, — wat, rekening houdend met de verschillende aard van de opdrachten van de desbetreffende personeelscategorieën, op zich niet zonder redelijke verantwoording is —, kan niet worden afgeleid dat de wetgever de Koning ervan zou hebben vrijgesteld om, bij het bepalen van de nadere regels van het statuut van de beide ka
...[+++]ders, het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie in acht te nemen.