Art. 2. Pour les droits de suite visés à l'article 92, § 2, alinéa 2, de la loi du 30 juin
1994 sur le droit d'auteur et les droits voisins, à savoir les droits de suite afférents aux reventes publ
iques d'oeuvres, au sens de l'article 1 de la loi du 25 juin 1921 frappant d'un droit les ventes publiques d'oeuvres d'art, au profit des artistes, auteurs des oeuvres vendues, qui ont eu lieu avant le 2 février 1999 et pour lesquelles, le 1 novembre 2007, les droit
s dus n'avaient pas encore ...[+++] été payés à l'auteur ou à la société chargée de la gestion de ses droits, l'action de l'auteur relative aux droits de suite se prescrit par trois ans à compter du premier jour du mois qui suit celui de la publication du présent arrêté au Moniteur belge.Art. 2. Voor de volgrechten bedoeld
in artikel 92, § 2, tweede lid, van de wet van 30 juni 1
994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten, te weten de volgrechten met betrekking tot
de doorverkopen bij openbare veiling van werken, in de zin van artikel 1 van de wet van 25 juni 1921 tot het innen van een recht op de openbare kunstveilingen, ten bate der kunstenaars, auteurs der verkochte werken, die
plaatsvond ...[+++]en voor 2 februari 1999, waarvoor de verschuldigde rechten op 1 november 2007 nog niet betaald werden aan de auteur of de vennootschap, verjaart de vordering van de auteur met betrekking tot de volgrechten door verloop van drie jaren te rekenen vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad.