Considérant enfin que le droit d'appel de la décision du directeur général, tel que prévu à l'article 118, § 10, ne pourra entrer en vigueur que lorsque les dispositions relatives aux organes de surveillance et au droit de plainte, à savoir le Titre III, Chapitre IV et le Titre VIII de la loi pourront entrer en vigueur;
Overwegende tenslotte dat het recht om beroep aan te tekenen tegen de beslissing van de directeur-generaal, zoals voorzien in artikel 118, § 10, pas in werking zal kunnen treden wanneer de bepalingen met betrekking tot de toezichtsorganen en het recht om klacht in te dienen, namelijk Titel III, Hoofdstuk IV en Titel VIII van de wet in werking kunnen treden;