17. fait observer que les constatations de la Cour mettent le doigt sur les principaux problèmes touchant à la légalité et à la régularité des transactions sous-jacentes, problèmes qui se posent en premier lieu et principalement au niveau des États membres et, dans une moindre mesure, au niveau de la Commission;
17. stelt vast dat de bevindingen van de Rekenkamer een duidelijke weergave zijn van de belangrijkste problemen met betrekking tot de wettigheid en de regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen en dat deze in de eerste plaats te vinden zijn op het niveau van de lidstaten en in mindere mate op het niveau van de Commissie;