Elle propose que la question de la contestation de la paternité du mari soit réglée dans l'article 318 (voir l'amendement nº 33 qu'elle dépose à l'article 5) alors que la question de la reconnaissance maternelle et paternelle serait réglée à l'article 330 (amendement nº 34).
Zij stelt voor dat het probleem van de betwisting van het vaderschap van de echtgenoot geregeld wordt in artikel 318 (zie amendement nr. 33 dat zij indient op artikel 5). Het probleem van de erkenning door de moeder en de vader zou dan geregeld worden in artikel 330 (amendement nr. 34).