La convention dispose que les mesures relatives à l'inspection du travail doivent, dans la mesure où cela est compatible avec la législation nationale, prévoir les conditions auxquelles l'accès au domicile du ménage peut être autorisé, en tenant compte du respect de la vie privée.
Het verdrag bepaalt dat de maatregelen met betrekking tot arbeidsinspectie, voor zover dit verenigbaar is met de nationale wetgeving, de voorwaarden moeten bepalen waaronder de toegang tot het woongedeelte van het huishouden kan worden toegestaan, rekening houdend met de eerbiediging van het privé-leven.