La loi du 13 avril 1995 avait inséré un article 190quinquies dans les lois précitées qui visait « à permettre à toute personne physique ou morale détenant seule ou " de concert" 95 % des titres conférant le droit de vote d'une société anonyme, d'acquérir la totalité des titres de cette société à la suite d'une offre de reprise, avec ou sans l'accord des actionnaires minoritaires dont les titres sont repris » (Doc. parl. , Chambre, 1997-1998, n 1415/5, p. 2).
De wet van 13 april 1995 had in de voormelde wetten een artikel 190quinquies ingevoegd dat tot doel had « iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die alleen of " gezamenlijk" 95 % van de stemrechtverlenende effecten van een naamloze vennootschap bezit, de mogelijkheid te verlenen het geheel van de effecten van deze vennootschap te verkrijgen na afloop van een uitkoopbod en al dan niet met het akkoord van de minderheidsaandeelhouders waarvan de effecten worden overgenomen » (Parl. St. , Kamer, 1997-1998, nr. 1415/5, p. 2).