14. recommande que la détention des femmes enceintes et des mères ayant auprès d'elles leurs enfants en bas âge ne soit envisagée qu'en dernier ressort et que, dans ce cas extrême, elles puissent obtenir une cellule plus spacieuse, si possible individuelle, et se voient accorder une attention particulière, notamment en matière d'alimentation et d'hygiène; considère, en outre, que les femmes enceintes doivent pouvoir bénéficier d'un suivi prénatal et postnatal ainsi que de cours d'éducation parentale de qualité équivalente à ceux prodigués en -dehors du cadre pénitentiaire;
14. beveelt aan de detentie van zwangere vrouwen en van moeders die hun jonge kind of jonge kinderen bij zich hebben slechts als uiterste middel te overwegen en hun in dit extreme geval een ruimere, en indien mogelijk eigen cel te geven, en bijzondere aandacht aan hun te schenken, vooral op het gebied van voeding en hygiëne; is bovendien van oordeel dat zwangere vrouwen voor en na de bevalling goed begeleid moeten worden en een ouderschapscursus moeten krijgen van gelijke kwaliteit als het buiten de gevangeniscontext gebruikelijk is;