Art. 9. Vu la fixation par arrêté royal du 20 décembre 1996 de la marge maximum de progression du coût salarial pour les années 1997 et 1998 à 6,1 p.c., les parties signataires sont d'accord pour que, compte tenu d'une inflation prévue de 3,6 p.c., le mécanisme d'indexation applicable donnera lieu à une majoration salariale à mettre en perspective de 3 p.c., la marge disponible s'élevant ainsi à 3,1 p.c. au maximum.
Art. 9. Gelet op het feit dat bij koninklijk besluit van 20 december 1996 de maximale marge voor de loonkostontwikkeling voor de jaren 1997 en 1998 vastgelegd werd op 6,1 pct. zijn de ondertekenende partijen er over akkoord dat, rekening houdend met een vooropgestelde inflatie van 3,6 pct., het van toepassing zijnde indexmechanisme een te verwachten loonsverhoging zal geven van 3 pct. zodat de beschikbare marge maximaal 3,1 pct. bedraagt.