Avant de se retrouver éventuellement dans un état de nécessité dans le cadre de l'acte consistant à mettre fin intentionnellement à la vie d'un patient à la demande de celui-ci, un médecin doit constater que, dans l'état actuel de la médecine, il n'existe aucun autre moyen d'atténuer la douleur du patient ni de poursuivre le traitement et que toutes les possibilités de préserver la dignité du patient (les soins palliatifs, notamment) ont été épuisées.
Vooraleer een arts, bij het opzettelijk levensbeëindigend handelen op verzoek van de patiënt, zich in een noodtoestand kan bevinden dient hij vast te stellen dat er volgens de stand van de huidige medische wetenschap geen enkele andere mogelijkheid is die de pijn van de patiënt kan verzachten of verder behandelen, alsmede dat alle mogelijkheden uitgeput zijn om de waardigheid van de patiënt in dit geval te waarborgen (bijvoorbeeld door palliatieve zorgverlening).