Enfin, le Conseil d'État s'interroge sur la nécessité soit « de modifier pareillement l'article 361-1 du Code civil, soit de justifier, au regard du principe d'égalité, pourquoi le candidat à une adoption internationale devrait suivre une préparation pour chaque adoption alors que le candidat à une adoption nationale ne devrait la suivre qu'une seule fois ».
Tot slot vraagt de Raad van State zich af of het noodzakelijk is ofwel artikel 361-1 van het Burgerlijk Wetboek in die zin te wijzigen, ofwel, gelet op het gelijkheidsbeginsel, te rechtvaardigen waarom de kandidaat voor een interlandelijke adoptie een voorbereiding zou moeten volgen voor elke adoptie terwijl de kandidaat voor een nationale adoptie deze voorbereiding slechts een enkele keer zou moeten volgen.